Brabant-Zuidoost
Word vrijwilliger Doneer

Collega in Beeld: Ynte Boskman

Geplaatst op 18 april 2023

“Bij het Rode Kruis kom je niet alleen om te leren en je in te zetten, maar ook om samen herinneringen te maken.”

Collega in Beeld – Ynte Boskman – Coördinator Hulpverlening

Ynte, wat wil over jezelf kwijt?
Ik ben 56, woon in Nuenen en ben getrouwd met Erna. Mijn hobby is het Rode Kruis, maar ik kook ook graag en ik ben bezig met fotografie. Het moeten meer dan alleen maar vakantiekiekjes zijn. Ik houd onder andere van foto’s ‘met inhoud’ en zwart-wit fotografie.

Wat doe je allemaal bij het Rode Kruis? Volgens mij heel veel!
Ik ben coördinator Hulpverlening. Dat betekent dat ik me bezig houd met alle medische ondersteuning: dus Evenementenhulp, de Noodhulpteams, Bevolkingszorg (inclusief onderdak) en vluchtelingen.
Ik ben instructeur geworden bij het Rode Kruis en ik was bestuurslid van afdeling Eindhoven, toen we nog een zelfstandige afdeling waren. Sinds vier jaar heb ik een betaalde functie. Coördinator Hulpverlening ben ik sinds 2021.
Daarnaast geef ik op vrijwillige basis EHBO-lessen aan de evenementenhulpverleners in Eindhoven op woensdagavond.

Voor hoeveel uur per week ben je coördinator?
Voor 40 uur per week, maar ik ben meer tijd kwijt aan het Rode Kruis. Hoeveel meer daar doe ik geen uitspraken over. Als zich een crisis voordoet, kan ik niet zeggen “Sorry, mijn werkweek is voorbij”. Aardbevingen houden nu eenmaal geen weekend. Als er heel veel vluchtelingen op de stoep staan of er is een watersnoodramp in Limburg, dan laat je die mensen toch niet in de kou staan omdat je 40 uur voor die week erop zitten? Dat laat mijn functie ook niet toe. Dus ja, de ene week doe ik iets meer en de andere week misschien iets minder.
Ik ben daarnaast natuurlijk ook vrijwilliger. Ik geef EHBO-les op de woensdagavond. Dat valt niet binnen die 40 uur en dat reken ik ook niet als extra uren. Als je iets met hart en ziel doet, voelt het niet als extra uren.

Hoe ben je bij het Rode Kruis terecht gekomen?
Dat moet ergens in de vorige eeuw geweest zijn, in 1997. Ik had mijn EHBO-diploma gehaald bij een EHBO-vereniging. Van daaruit sloot ik aan bij een groot evenement van het Rode Kruis. Ik vond dat en de werkwijze van het Rode Kruis erg interessant. Ik besloot om er vrijwilliger te worden. Dat was in de tijd dat de eerste opleiding voor de Sigma-teams startte, de voorloper van de huidige Noodhulpteams. Die opleiding volgde ik, werd vrijwilliger en daarna ben ik blijven plakken.

Kennelijk is er iets dat je al zo lang vast weet te houden. Wat vind je zo leuk aan het Rode Kruis?
Het is de combinatie van activiteiten, mensen leren kennen en jezelf (en activiteiten) kunnen ontwikkelen. Ik denk dat het een mix is van al die dingen. En natuurlijk ook de missie waar het Rode Kruis voor staat, als vereniging, als beeldmerk, wat het Rode Kruis doet in de wereld.
Bij het Rode Kruis kom je niet alleen om te leren en je in te zetten, maar ook om samen herinneringen te maken.

Wat is je achtergrond? Had je vroegere werk een link met wat je nu doet?
Voordat ik hier beroepskracht werd, was ik zzp’er en gaf ik trainingen op het gebied van EHBO, bedrijfshulpverlening en crisiscommunicatie.

Wat doe je precies als coördinator?
Ik zorg – samen met teams van vrijwilligers – voor de invulling van de Evenementenhulpverlening; van aanvraag, via offerte tot en met factuur. Ik zorg dat de juiste mensen met de juiste kwalificaties volgens de Veldnorm Evenementenzorg ingedeeld worden bij onze inzetten. Ik bemoei me ook met de logistiek en de verbindingsdienst. En dan hebben we natuurlijk het Noodhulpteam en Bevolkingszorg. Dat zijn allemaal verschillende teams. Al die teams moeten qua hoeveelheid mensen op sterkte zijn, moeten worden opgeleid en getraind. Er moeten ook regelmatig vrijwilligers voor geworven worden. Ik ben druk met alle randvoorwaarden die daarbij komen: communicatie, werving, contracten, dat soort dingen.
Ik zorg voor het beantwoorden van vragen vanuit de Veiligheidsregio of de gemeentes. Ik spreek de mensen met wie we samenwerken ook regelmatig om te kijken wat er leeft, wat zij van ons verwachten en waar wij als Rode Kruis kunnen aansluiten bij hun vragen.
De afgelopen jaren had ik het vooral druk met een aantal crisissen die voorbij kwamen: COVID-19, de Oekraïners en de vluchtelingen. We hebben als Rode Kruis het crisismanagementplan uitgeroepen, wat betekende dat de focus volledig op de crisis van dat moment was gericht. Je parkeert dus eigenlijk je andere werkzaamheden en je gaat aan de slag met die crisis. We hadden in Nederland nog nooit een crisis gemanaged die zo lang duurde. Het was dus ook een kwestie van uitzoeken en doen. Toen de COVID-crisis voorbij was, moest het hele vliegwiel van normale activiteiten weer op gang gebracht worden. Toen we dat een beetje op orde hadden, kregen we de uitdaging van de Oekraïners en de vluchtelingen. Dat loopt nu ook aardig, dus nu storten we ons met man en macht op evenementen, trainingen, bijscholing en dergelijke. Dat heeft allemaal een paar jaar stilgelegen, vrijwilligers namen afscheid van ons, anderen moeten extra getraind worden. De laatste jaren liepen een hele hoop dingen net even wat anders dan verwacht, zeg maar.
Als Rode Kruis zijn we vooral voorbereid op flitsrampen, kortdurende calamiteiten. Deze langdurige crisis heeft ertoe geleid dat we nadenken over hoe we ons beter kunnen voorbereiden. Welke draaiboeken moeten we hebben klaarliggen? Hoe moeten we de organisatie inrichten om in de toekomst dit soort grote crisissen te kunnen managen? Het is heel goed dat we er ook iets van leren.

Wat maakt iemand een echte Rode Kruiser?
Dat je je met hart en ziel inzet voor je eigen activiteit, maar daarnaast ook een stapje harder wil lopen als het nodig is, als er een crisis is. Dat je dan zegt: “Dit valt niet onder mijn activiteit maar ik ben wel van het Rode Kruis en ik ga er voor. Ik ga hulp bieden, ik ga helpen, ik ga iets doen!” Dat geldt niet alleen voor hulpverleners maar dat geldt voor alle disciplines binnen het Rode Kruis. Dat je er dan als mens bent om andere mensen te helpen.

Waar ben je trots op?
Jeetje, in 25 jaar is er veel waar ik trots op ben!
We zijn bijvoorbeeld in 2008, 2010 en 2012 met onze EHBO-wedstrijdploeg drie keer Nederlands kampioen geworden. We mochten Nederland vertegenwoordigen tijdens de internationale wedstrijden in Duitsland, Oostenrijk en Italië.
Ik ben trots op de landelijke EHBO-wedstrijden die we in 2009 organiseerden. Het was een hele grote happening met teams van het Rode Kruis uit heel Nederland die we een geweldige wedstrijddag hebben bezorgd. Dat was ontzettend leuk om te organiseren!
En ik ben ik supertrots dat we de GGD-vaccinatiestraten gedurende 15 maanden lang, continu, 16.000 uur hebben kunnen ondersteunen met vrijwilligers (ook van EHBO-verenigingen) die EHBO-diensten draaiden. Wij zijn één van de weinige districten die dat de hele periode met alleen maar vrijwilligers hebben gedaan.

En meer in de breedte: ik ben trots als ik zie hoe het district, een locatie, een opleiding of een evenement goed draait, dat iedereen het naar zijn zin heeft. Als ik dan tussen een groep hulpverleners sta en ik zie dat ze het naar hun zin hebben, dat de activiteit goed loopt en dat de mensen lol hebben, dan ben ik megatrots!

Tekst: Nicolette van Heesch

Meest recente berichten