Plotseling begint de aarde te trillen. Er verschijnen scheuren in de muur en je rent naar buiten. Vlak daarna stort het dak van je huis in en je bent alles kwijt. Dit nachtmerriescenario werd voor duizenden mensen in Syrië en Turkije werkelijkheid. Onze hulpverleners trokken direct naar het rampgebied. Daar krijgen ze hulp van apparaten die duizenden kilometers boven ons hoofd zweven: satellieten.
Toen het noodlot in Syrië en Turkije toesloeg, trokken onze hulpverleners onmiddellijk richting het getroffen gebied. Maar waar moet je beginnen? Wie heeft direct hulp nodig en waar is de schade het grootst? Door de chaos na een ramp is dit vaak lastig te overzien. Op zo’n moment wordt de hulp van 510 ingeschakeld: het speciale data- en digitalteam van het Nederlandse Rode Kruis.
Zien waar de ramp heeft toegeslagen
“Op maandagochtend wist ik meteen: dit gaat een heftige dag worden”. Heleen Elenbaas werkt als informatiemanager bij 510. Dit innovatieve team van het Rode Kruis gebruikt data en digitale technologie om mensen zo goed mogelijk te helpen. Bij grote rampen komt het team meteen in actie, want door de inzet van onder andere apps, drones en satellieten kunnen levens worden gered.
Heleen: “Toen de schaal van de ramp duidelijk werd, kwamen we meteen bij elkaar in crisisberaad. Stap één op zo’n moment is uitzoeken hoe groot de schade is, zo kunnen we erachter komen welke impact de beving heeft gehad en welke gebieden het zwaarst zijn getroffen.”
Dit is handige informatie voor hulpverleners ter plaatse, legt Heleen uit. “Zij willen graag weten waar en welke hulp het hardst nodig is, maar hebben niet genoeg ogen en oren om de gehele schade in het gebied te overzien. Bovendien zijn sommige gebieden na een aardbeving moeilijk te bereiken.”
Helpen vanuit de ruimte
De schade van een ramp bepalen, gaat daarom het best vanuit de ruimte. 510 heeft hier een speciale tool voor ontwikkeld: de Automatic Damage Assessment. Deze tool maakt aan de hand van satellietbeelden een overzicht van gebouwen die beschadigd zijn. Door de beelden van voor en na een aardbeving te vergelijken, wordt in kaart gebracht waar en hoe groot de schade is.
Dit klinkt natuurlijk enorm handig, maar ook in de ruimte kan het tegenzitten. Je kunt bijvoorbeeld te maken krijgen met bewolking. Dit was ook het geval in Syrië en Turkije: in de eerste dagen na de ramp was het erg bewolkt in het getroffen gebied. Hierdoor was het niet mogelijk om de satellietbeelden te gebruiken. Inmiddels is het opgeklaard en hebben collega’s van 510 de satellietbeelden kunnen analyseren.
Prioriteiten stellen
Uit de eerste beelden blijkt waar in de getroffen gebieden de meeste gebouwen zijn beschadigd. Deze informatie leggen we naast de informatie uit het veld om het te verifiëren. De analyse van de beelden sturen we vervolgens door naar de Turkse en Syrische Rode Halve Maan, de zusterverenigingen van het Rode Kruis in Syrië en Turkije. Hiermee krijgen zij beter inzicht in hoeveel woningen en gebouwen zijn beschadigd, hoeveel mensen tijdelijk opgevangen moeten worden en hoeveel herbouwd moet worden.
“Door dit goed in kaart te brengen, kunnen prioriteiten worden gesteld in de hulpverlening,” legt Heleen uit. Voor de hulpverleners ter plekke is het cruciaal om te weten welk gebied het hardst geraakt is en waar ze meeste hulpverleners en -goederen naartoe moeten sturen. Bovendien voorkom je dat alle hulporganisaties massaal naar een bepaald gebied gaan om hulp te verlenen, terwijl niemand helpt in een dorp verderop waar de huizen ook allemaal zijn ingestort. Vanuit de lucht kun je dus goed zien op welke plekken mensen mogelijk in nood zijn.”
Hulp op langer termijn
Ook voor de toekomst zullen de satellietbeelden goed van pas komen. Er zijn namelijk langetermijnplannen nodig om de slachtoffers te helpen. Honderdduizenden mensen zijn door de aardbeving immers dakloos geraakt. De komende weken gaan we daarom aan de slag met het maken van plannen voor lange termijn. Hierbij kunnen we gebruikmaken van alle data, bijvoorbeeld de satellietbeelden en de inventarisatie van de nood.
Heleen: “Als je een overzicht hebt van hoeveel gebouwen er zijn ingestort per gebied, dan weet je ongeveer hoeveel mensen tijdelijk opgevangen moeten worden, hoeveel huizen er geheel of gedeeltelijk opnieuw opgebouwd moeten worden, en hoeveel mankracht en geld daar voor nodig zal zijn. Dit is enorm handige informatie voor de hulpoperatie.”
In actie na de aardbeving in Syrië en Turkije
Het Rode Kruis helpt de slachtoffers van de aardbeving in Syrië en Turkije. Achter én voor de schermen, want we zorgen ook voor zoekacties, medische hulp en voedsel. Wil je onze hulp steunen? Dat kan met een donatie op Giro 7244.
