In Afghanistan hebben we de afgelopen weken duizenden mensen geholpen die gewond zijn geraakt door geweld. Ondanks de strijd blijven we daarom volop medische hulp verlenen in het land. Robert Mardini, hoofd van het Internationale Rode Kruis (ICRC): “Onze teams verwachten nog maanden en jaren patiënten te moeten behandelen.”
Wat zien we in Afghanistan?
Het zijn angstige tijden voor veel mensen in Afghanistan. De afgelopen weken is in het land veel gevochten. Hoewel in Kabul weinig geweld lijkt te zijn gebruikt, zijn in andere delen van het land duizenden mensen gewond geraakt tijdens de strijd.
Veel mensen zijn verwond door mijnen of zelfgemaakte explosieven (IED’s). Vooral kinderen worden hiervan vaak het slachtoffer. Robert Mardini: “Het gehele land ligt bezaaid met explosieven, waarvan vele pas in de afgelopen weken zijn geplaatst. Onze medische teams verwachten nog maanden en jaren patiënten te moeten behandelen.”
Ondertussen zijn veel huizen en ziekenhuizen verwoest. Ook zijn watervoorzieningen en het elektriciteitsnet beschadigd.
Of dat allemaal nog niet genoeg is, dreigen veel Afghanen ook nog eens het slachtoffer te worden van een natuurramp. In Afghanistan heerst namelijk een vreselijke droogte en die kan leiden tot honger. Je leest er hier meer over.
Hoe helpen we?
Er zijn veel gewonden gevallen door de strijd van de afgelopen tijd en daarom geven we in het hele land medische hulp. Sinds 1 augustus hebben we meer dan 7.600 mensen behandeld die gewond zijn geraakt door wapengeweld. In juni, juli en augustus hielpen we meer dan 40.000 mensen met dit soort verwondingen.
Daarnaast helpen we Afghanen met revalideren. Denk bijvoorbeeld aan kinderen die door een landmijn een been zijn kwijtgeraakt en nu moeten leren lopen met een prothese.
Daarnaast vluchten sommige Afghanen de grens over. We helpen bijvoorbeeld aan de Iraanse grens bij de opvang van vluchtelingen.
Waarom gaan we niet weg uit Afghanistan?
Onze lokale hulpverleners van het Afghaanse Rode Kruis en de mensen van het Internationale Rode Kruis blijven in Afghanistan mensen helpen. Dit kunnen we doen omdat we een neutrale hulporganisatie zijn. We kiezen bij een conflict dus nooit partij, maar we helpen alle mensen die noodhulp nodig hebben. Het maakt daarbij niet uit wie er aan het roer staat. Die neutrale positie is in dit soort situaties extra belangrijk, want zo kunnen we er altijd zijn voor mensen in nood.
