Sinds het staakt-het-vuren is er eindelijk een adempauze voor mensen in Gaza. Afgelopen weken kon de hulpverlening worden opgeschaald. Maar even verderop is er van rust geen sprake. Het geweld op de Westelijke Jordaanoever is juist verder geëscaleerd.
Vooral rond de steden Jenin, Tulkarm, en Tubas en vluchtelingenkampen in de buurt, worden mensen hard getroffen. Minstens 51 mensen, onder wie 7 kinderen, zijn sinds het staakt-het-vuren gedood en meer dan 40.000 mensen moesten hun huis door het geweld verlaten.
Vluchtelingenkampen onbewoonbaar
Voor veel mensen die in vluchtelingenkampen wonen, voelt het alsof ze alles kwijtraken. Huizen liggen in puin, waterleidingen zijn kapotgeschoten en rioleringen verwoest. Drinkwater is schaars en sanitaire voorzieningen zijn nauwelijks bruikbaar.
Door het toenemende geweld durven veel mensen hun huis niet uit. Op andere plekken moeten ze hun huis juist gedwongen verlaten. Daarnaast is er door het geweld in het gebied nauwelijks bewegingsvrijheid, waardoor het voor Rode Kruis-hulpverleners moeilijker wordt om mensen te bereiken.
Vijf dagen niet eten
Hulpverleners van de Palestijnse Rode Halve Maan – zoals het Rode Kruis daar heet –delen voedsel uit en verlenen medische zorg. Hulpverlener Manal Al-Hafi vertelt over een oudere man die vastzat in zijn woning en al vijf dagen niets had gegeten. “Zijn huis bevond zich in een steegje, omsingeld door militaire posten. Het was ontzettend moeilijk om hem te bereiken”, zegt ze. “Uiteindelijk konden we hem evacueren naar een familielid. Daar kreeg hij eindelijk weer eten.”
Rode Kruis blijft helpen
Naast het evacueren van meer dan 4.000 mensen naar een veilige plek verlenen Rode Kruis-hulpverleners EHBO aan mensen die gewond zijn geraakt of andere medische zorg nodig hebben.
Klinieken raken door het conflict buiten werking, dus Rode Kruis-ambulances rijden af en aan om mensen naar een functionerend ziekenhuis te brengen. Het Rode Kruis voorziet ziekenhuizen door de hele Westelijke Jordaanoever van basismedicatie en donorbloed, omdat hier een verhoogde vraag naar is.
Daarnaast zette het Rode Kruis een tijdelijke opvanglocatie op in de stad Anabta. Daar, maar ook op andere plekken leveren hulpverleners voedselpakketten, babyvoeding, medicijnen en andere belangrijke producten.
Hulp is hard nodig
Zolang het geweld in de Westelijke Jordaanoever aanhoudt, hebben mensen de hulp van het Rode Kruis hard nodig. De Palestijnse hulpverleners blijven zich inzetten om zoveel mogelijk slachtoffers te bereiken.
