Hoe werkt een AED?
Een AED analyseert het hartritme van het slachtoffer via twee elektroden die op de borst worden geplakt (of één op de borst en één op de rug bij een baby of klein kind). Als de AED een niet normale hartslag detecteert, geeft het apparaat een elektrische schok om het hart als het ware te resetten en daarmee opnieuw op gang te helpen.
Na deze elektrische schok start de gebruiker meteen weer met het geven van borstcompressies en beademingen. Na 2 minuten analyseert de AED opnieuw of er een schokbaar hartritme is. Is dat aanwezig, dan zal de AED nogmaals een schok geven. AED’s geven gesproken instructies hoe het apparaat te gebruiken. Sommige AED’s geven ook instructies bij het reanimeren, zoals een metronoom om het tempo van borstcompressies te ondersteunen. Ontbreekt deze functie op de AED? Dan kan ook de centralist van de alarmcentrale je helpen en begeleiden.