Op 7 oktober escaleerde het conflict tussen Israël en Gaza. Het conflict kostte aan vele onschuldige burgers het leven. Carla Jonkers, hoofd Internationale Noodhulp, bezocht de Westelijke Jordaanoever en de kibboets Be’eri in het zuiden van Israël: “Ik sprak met een vrouw wiens dochter al een half jaar gegijzeld is. Overal zagen we de impact van het geweld van 7 oktober, terwijl we explosies hoorden in Gaza, 3,5 kilometer verderop.“
De telefoon staat roodgloeiend in het hoofdkantoor van de Palestijnse Rode Halve Maan in Ramallah, een stad in het zuiden van de Westelijke Jordaanoever. Alle telefoontjes van mensen die een ambulance nodig hebben, in Gaza of op de Westelijke Jordaanoever, komen hier binnen. “Dag in dag uit zijn onze hulpverleners daar bezig met de coördinatie van de hulpverlening”, vertelt Carla. “Ze slapen zelfs in het gebouw, en kunnen direct uit bed stappen om de telefoontjes van slachtoffers te beantwoorden.”
Eén van de telefoontjes kwam van de zesjarige Hind Rajab uit Gaza. Op dat moment zat zij in de auto met haar familie, op weg naar een veiligere plek. Onderweg kwam de auto onder schot van een tank en werd de familie van Hind doodgeschoten.
Urenlang aan de telefoon met een zesjarig meisje
Hind belde het noodnummer en kreeg een hulpverlener van de Palestijnse Rode Halve Maan, zoals het Rode Kruis daar heet, aan de lijn. Urenlang heeft de hulpverlener aan de telefoon het meisje gerustgesteld terwijl er een ambulance onderweg was. “We zien haar”, zeiden de twee ambulancemedewerkers over de telefoon naar het hoofdkantoor toen zij dichtbij de auto kwamen waarin Hind zat. Maar dat contact werd verbroken. Twaalf dagen later werden Hind en de twee ambulancemedewerkers dood aangetroffen in de auto.
Voor de hulpverleners is dit één van de vele tragische verhalen. “Ze beleven het conflict zo intens”, vertelt Carla. “Het feit dat je urenlang praat met een meisje van zes jaar, wiens hele familie net is omgekomen en die heel bang is. Dat is ontzettend heftig. Ook verloren ze hun dierbare collega’s.” Toch vertellen de hulpverleners dat dit het enige is dat ze kunnen en willen doen. Thuisblijven is voor hen geen optie.
7 oktober
In dit conflict is de burger het grootste slachtoffer. Er is zoveel leed aan beide kanten, zag Carla tijdens deze reis. Na haar bezoek aan de Palestijnse Halve Maan vertrok ze naar het hoofdkantoor van Magen David Adom, zoals het Rode Kruis in Israël heet.
Het was 7 oktober om half zeven ‘s ochtends toen de hulpverleners van Magen David Adom plots veel telefoontjes binnenkregen. Er zou geschoten worden. In eerste instantie zijn ze daar niet eens zozeer van onder de indruk, dat gebeurt wel vaker. Maar binnen een paar minuten kwamen er zoveel meldingen binnen dat ze met tientallen ambulances uitrukten. Wat spannend was, want op dat moment reed Hamas langs het kantoor, zag Carla op videobeelden. Vier hulpverleners van het Rode Kruis in Israël kwamen die dag om. Terwijl ze andere mensen probeerden te redden, werden zij zelf slachtoffer van het geweld.
Huizen doorzeefd met kogels
Op die dag werd onder andere de Israëlische kibboets Be’eri aangevallen. Carla bezocht deze plek een half jaar later. “Het was heel heftig om daar rond te lopen”, vertelt Carla. “Eigenlijk is het een hele mooie plek, met veel bomen en bloemen. Maar toen ik er liep rook ik de brandgeur nog.
Bijna alle huizen zijn doorzeefd met kogels. Veel huizen zijn in brand gestoken, zodat mensen hun schuilkelder moesten verlaten om vervolgens alsnog doodgeschoten te worden. Alles is verwoest, maar je ziet het speelgoed van de kinderen nog in de huizen liggen. Het maakt een gigantische indruk op je.”
Carla sprak ook met een Israëlische moeder, van wie haar dochter is gegijzeld. “Dat was zo confronterend. Want ze vroeg: ‘wat doet het Rode Kruis nou om mijn dochter terug te krijgen?’ En ik begrijp haar frustratie. We krijgen maar geen toegang tot de gegijzelde mensen, al vragen we daar elke dag om.”
Meer dan twee miljoen mensen leven in nood. Carla voegt toe: “We kiezen als Rode Kruis de kant van al die mensen. Er is enorm veel leed. We willen natuurlijk dat de gijzelaars vrijgelaten worden. Daarnaast pleiten we voor een constante stroom aan hulpgoederen voor de mensen in Gaza, daar is een tekort aan alles. De echte oplossing voor dit conflict ligt bij de politiek.”
Het Rode Kruis helpt in Israël en Gaza
Het voortdurende conflict tussen Israël en de bezette Palestijnse gebieden lijdt tot een humanitaire catastrofe. Burgers, waaronder veel kinderen, zijn slachtoffer van geweld, dreigende hongersnood of worden al maandenlang gegijzeld. Onze hulpverleners blijven zich, met gevaar voor eigen leven, inzetten om slachtoffers te helpen. Maar meer hulp is dringend nodig.