Een maand geleden verwoestte een zware aardbeving het leven van miljoenen mensen in Syrië en Turkije. Onze hulpverleners werken de klok rond om slachtoffers te helpen met voedsel, onderdak en medische hulp, maar de nood blijft hoog. Derk Segaar, hoofd Internationale Hulp bij het Rode Kruis, komt net terug uit het rampgebied en vertelt over onze hulp. “Het is onvoorstelbaar wat ik hier heb gezien.”
Puin, verslagenheid en verdriet
“We zijn nu een maand verder en het aantal mensen dat ontheemd raakte, alleen al in het Turkse deel van het rampgebied, liep op tot meer dan drie miljoen.” Derk komt net terug uit Antakya, een stad die volledig werd verwoest door de aardbeving. Daar trof hij ingestorte gebouwen, puin, en veel verslagenheid en verdriet aan. Veel mensen zijn niet alleen vrienden of familieleden verloren, maar ook hun huis en spullen kwijtgeraakt. Anderen kunnen niet meer werken omdat hun klanten zijn vertrokken naar een veiliger gebied of omdat het gebouw waar ze werkten niet meer bestaat.
100 miljoen maaltijden
Hulpverleners van het Rode Kruis werken hard om de getroffenen op te vangen en zo goed mogelijk te helpen. Zo delen we tenten, hygiënekits en dekens uit, regelen we het vervoer van gewonden naar ziekenhuizen en verlenen we medische hulp. Ook zorgen we ervoor dat mensen genoeg te eten hebben, gaat Derk verder. “In Turkije deelden onze hulpverleners al meer dan 100 miljoen maaltijden uit. Dat zijn drie miljoen maaltijden per dag, door ruim 5.000 hulpverleners en vrijwilligers. Het zijn ongekende aantallen.”
De komende tijd zal de hulpverlening er anders uit gaan zien. Veel mensen die nu tijdelijk worden opgevangen in een tent, zullen binnenkort verhuizen naar een containerwoning. Mensen die zelf kunnen koken, krijgen dan voedselpakketten in plaats van maaltijden. “Daarnaast wordt de financiële ondersteuning uitgebreid”, vertelt Derk, “een essentieel onderdeel van onze hulpverlening.” Mensen krijgen hulp via cash en kunnen daarmee zelf de spullen kopen waar zij op dat moment het meest behoefte aan hebben.”
Psychosociale hulp
Naast deze tastbare vormen van hulp, zal er ook veel psychosociale hulp nodig zijn. Derk: “Deze hulp wordt bijvoorbeeld geboden via gesprekken met professionals of door het creëren van veilige plekken waar kinderen kunnen spelen.”
En dit is hard nodig: de mentale klap van de ramp is namelijk enorm. Veel mensen zijn dierbaren verloren en hebben trauma’s opgelopen. Ook zijn er sinds de eerste aardbeving op 6 februari al duizenden naschokken geweest, die voor veel onzekerheid en angst zorgen. In Syrië hebben mensen bovendien al meer dan een decennium te maken met oorlog en leed, en doet de aardbeving de emmer overlopen.
Vervuild water en cholera
Tot slot is het ontzettend belangrijk dat mensen toegang blijven houden tot schoon water, vertelt Derk. “In Syrië was er op veel plekken al een tekort aan schoon water, maar de aardbeving heeft het verouderde watersysteem verder beschadigd. Dit zorgt ervoor dat het water vervuild raakt en de kans op een ziekte-uitbraak, zoals cholera, toeneemt.”
Het aantal choleradoden in het noordwesten van Syrië is sinds de ramp gestegen en de vrees is dat dit aantal nog verder toe zal lopen. Dit komt mede door de leefomstandigheden en sanitaire voorzieningen op tijdelijke opvangplekken. Derk: “Op een tijdelijke opvanglocatie in Aleppo moeten 850 mensen bijvoorbeeld zeven toiletten delen.” Het Rode Kruis deelt daarom schoon drinkwater en hygiënekits uit, en ondersteunt het herstel van getroffen watervoorzieningen in Syrië. Samen met de Syrische Rode Halve Maan, heeft het Internationale Rode Kruis de afgelopen jaren duizenden technische projecten uitgevoerd op het gebied van water- en sanitaire voorzieningen in heel Syrië.
Het Rode Kruis helpt
Het Rode Kruis helpt na de aardbeving in Syrië en Turkije. Met reddingsacties, medische hulp, tenten, dekens, voedsel en water. Én met een hele hoop hulp achter de schermen. Dankzij jullie donaties kunnen we al veel voor mensen betekenen, maar ook lange termijn zal hulp in het gebied nodig blijven.
